Brief in pen en inkt, gedateerd "Curaçao, pro April 1794", betreffende de handel in stoffen, kousen en hoeden, op drie pagina's van een bifolium, 33,5 x 21,5 cm, met als bijlage 6 stukjes originele stof met uitlegbriefje ("differente pattroonen, de Bouquette verder van malkander") en met de oorspronkelijke envelop met lakzegel (met ook de naam van kapitein Herm. Kniebel op de envelop). Interessante brief, die een mooi inkijkje geeft in de stoffenhandel aan het einde van de 18de eeuw, en ook zijdelings aan de slavernij op het eiland Curaçao. De brief is gericht aan Johanna Maria Louvrex (1758-1812) ("Mevrouw, & seer geëstimeerde vriendin"), de echtgenote van Henri Lambert Louvrex, die samen met Jacob van Lennep eigenaar was van een groot handelskantoor in Amsterdam (hoek Keizersgracht-Leidsestraat). De schrijver Louis Schlemm was koopman op Curaçao, eigenaar van een plantage en koloniaal raadslid. In de brief geeft Schlemm, die zaken deed met de familie Louvrex, aan dat zijn zieke vrouw ("met haare slegte Borst reeds lange soekelende") voor hem veel voorspoed verwacht met zijn "negoçie". De 30 hoeden zijn goed overgekomen, maar door concurrentie uit Philadelphia loopt de verkoop niet goed: "Ik sal wel daarmeede wat soeckelen, maar egter denke, dat het nog wel uijtvallen sal." "(...). Ik raade Uwe nooit weeder hoede te senden nog Vrouwe Koussen, terwijl hier Cattoen in overvloet, onze slave daagelijks breeden." Vervolgens doet Schlemm een bestelling van een hele serie artikelen die wél goed verkopen, bijvoorbeeld "1 p. Swart Castoor, een soort goed dat de Mulatinnen in diepe rouw dragen tot kleer" of "fijne batiste, onopgemaakt, niet geklandert maar geen dunne doek, dat onverkoopbaar is". Hij noemt daarbij ook de monsters die hij heeft meegestuurd, bijv. "20 p. swarte Purper, volgens monster" en "10 p. seersukkers, maar geen ander, als van bijgaand monster." Na deze lijst geeft hij "connoissement" (prijs) over "1 Baal Coffij Boonen". In het laatste deel van de brief vermeldt hij nog dat het hem spijt dat er iets fout is gegaan met eerdere rekeningen en dat het aapje uit Mexico dat was bestemd voor de zus van mevrouw Louvrex helaas overleden is, om te besluiten met een vriendelijk waarschuwende opmerking voor de heer Louvrex. Met toegevoegd een manuscript kasboekje, ca. 40 pagina's, omslagje met titeletiket "De Heeren Louvrex en van Lennep Anno 1804", klein 4to formaat (totaal 1 brief en 1 boekje).
Brief in pen en inkt, gedateerd "Curaçao, pro April 1794", betreffende de handel in stoffen, kousen en hoeden, op drie pagina's van een bifolium, 33,5 x 21,5 cm, met als bijlage 6 stukjes originele stof met uitlegbriefje ("differente pattroonen, de Bouquette verder van malkander") en met de oorspronkelijke envelop met lakzegel (met ook de naam van kapitein Herm. Kniebel op de envelop). Interessante brief, die een mooi inkijkje geeft in de stoffenhandel aan het einde van de 18de eeuw, en ook zijdelings aan de slavernij op het eiland Curaçao. De brief is gericht aan Johanna Maria Louvrex (1758-1812) ("Mevrouw, & seer geëstimeerde vriendin"), de echtgenote van Henri Lambert Louvrex, die samen met Jacob van Lennep eigenaar was van een groot handelskantoor in Amsterdam (hoek Keizersgracht-Leidsestraat). De schrijver Louis Schlemm was koopman op Curaçao, eigenaar van een plantage en koloniaal raadslid. In de brief geeft Schlemm, die zaken deed met de familie Louvrex, aan dat zijn zieke vrouw ("met haare slegte Borst reeds lange soekelende") voor hem veel voorspoed verwacht met zijn "negoçie". De 30 hoeden zijn goed overgekomen, maar door concurrentie uit Philadelphia loopt de verkoop niet goed: "Ik sal wel daarmeede wat soeckelen, maar egter denke, dat het nog wel uijtvallen sal." "(...). Ik raade Uwe nooit weeder hoede te senden nog Vrouwe Koussen, terwijl hier Cattoen in overvloet, onze slave daagelijks breeden." Vervolgens doet Schlemm een bestelling van een hele serie artikelen die wél goed verkopen, bijvoorbeeld "1 p. Swart Castoor, een soort goed dat de Mulatinnen in diepe rouw dragen tot kleer" of "fijne batiste, onopgemaakt, niet geklandert maar geen dunne doek, dat onverkoopbaar is". Hij noemt daarbij ook de monsters die hij heeft meegestuurd, bijv. "20 p. swarte Purper, volgens monster" en "10 p. seersukkers, maar geen ander, als van bijgaand monster." Na deze lijst geeft hij "connoissement" (prijs) over "1 Baal Coffij Boonen". In het laatste deel van de brief vermeldt hij nog dat het hem spijt dat er iets fout is gegaan met eerdere rekeningen en dat het aapje uit Mexico dat was bestemd voor de zus van mevrouw Louvrex helaas overleden is, om te besluiten met een vriendelijk waarschuwende opmerking voor de heer Louvrex. Met toegevoegd een manuscript kasboekje, ca. 40 pagina's, omslagje met titeletiket "De Heeren Louvrex en van Lennep Anno 1804", klein 4to formaat (totaal 1 brief en 1 boekje).
Testen Sie LotSearch und seine Premium-Features 7 Tage - ohne Kosten!
Lassen Sie sich automatisch über neue Objekte in kommenden Auktionen benachrichtigen.
Suchauftrag anlegen
